R1: Ik moet hier heel erg in een bepaald stramien mee hobbelen noem ik het maar zo, en dat is nou maakt niet uit op wat voor niveau in de organisatie je zit, en als je probeert om daarvan af te wijken, ik ben persoonlijk iemand die heel graag, ik hou ervan om buiten de lijntjes te kleuren en grenzen op te zoeken, maar dat past hier niet, dat past hier echt niet.
{…}
R2: Dat is een beetje het gevaar, dat wij, wij barsten van de ideeën en van de plannen en van de verbeter eh voorstellen en weet ik het allemaal, en ik ervaar wel dat we vaak eh ermee geconfronteerd worden dat dat mogelijk een goed idee is, maar dat we het niet gaan doen, of zo, of dat het eh, en ook wel dat wij, dat er in het team dingen met elkaar bedacht hebben, waarvan we echt denken van: nou dat is voor het bedrijf en voor de hele eh procedure, dat dat hier is te doen, heel belangrijk en heel goed, en dat er dan, ja, dat het dan in een la verdwijnt.
{…}
R3: Bij mij is dat echt een enorme energielek. Ik ben nu ook met iets bezig waarvan ik echt dacht van nou dit is heel simpel en hup hup hup, binnen no-time hebben we dit eh gemaakt en weggezet. Nou, als je ziet nu wat er, het gaat om een nieuwsbrief, het is echt eh, iedereen moet z’n plasje erover doen. Ik heb op een gegeven moment tegen mijn manager gezegd: ik zeg: nou anders krijg je die opdracht terug, want ik heb er gewoon geen zin meer in op deze manier.
waarde:
kennis en vaardigheden toepassen, bijdragen aan creatie van iets waardevols
werk-omzettingsfactor:
Allen beschrijven het gemeenschappelijke knelpunt eigen aan het bedrijf: het gebrek aan ruimte voor eigen ideeën om waardevolle verbeteringen door te voeren
persoonlijke omzettingsfactor:
De ene werkende (R1) accepteert de situatie enigszins, (R2) wordt hierin keer op keer in teleurgesteld, maar geeft aan dat ideeën blijven komen. De andere werkende (R3) ervaart zelfs een energielek, blijft zick kennelijk ergeren met als gevolg een verlaagde motivatie om nieuwe ideeën voor te stellen.